Appenijnen in zicht!
Op de rustdag besluit ik dat het tijd is om naar de kapper te gaan. Voordat we op pad gingen ben ik gekortwiekt, maar ondertussen, na negen weken, hingen de haren alweer voor mijn ogen (beetje overdreven, oké, maar toch). |
Na wat zoekwerk vinden we zo’n snelle Italiaanse kapper van onbekende geaardheid, die even lekker de tondeuse over mijn bol heenhaalt. Lekker “Multo, multo corti”.
Als we op donderdag vroeg vertrekken van de camping in Cremona en af willen rekenen met de creditcard, komen we tot de ontdekking dat we deze kwijt zijn. Na wat denkwerk komen we erachter dat we deze waarschijnlijk in een restaurant hebben laten liggen. Snel het lijstje met belangrijke telefoonnummers erbij gepakt (hebben we deze in ieder geval niet voor niets gemaakt) en de creditcard laten blokkeren. Gelukkig bleek dat er nog niemand misbruik van had gemaakt. Opgelucht gaan we op pad.
De Po-vlakte heeft nog steeds weinig verrassingen voor mij in petto. Elke wandeling lijkt op de vorige, maar dapper sla ik mij er doorheen. Mijn nieuwe schoenen lopen gelukkig prima, hier moet ik Rome wel mee kunnen halen. |
Als ik Jacqueline aan het einde van de dag een sms-je wil sturen, heb ik geen ontvangt. Maar goed dat we altijd van tevoren een punt afspreken, zodat we elkaar in principe zonder communiceren kunnen terugvinden. We rijden door naar Guastalla, waar we overnachten in de jeugdherberg. Het grappige is dat we deze volledig tot onze beschikking hebben, we zijn de enige gasten.
Op vrijdag steken we eindelijk de Po over. Verder niets romantisch aan, één grote stroom blubber, waar van allerlei smurrie indrijft. Maar ja, opnieuw een mijlpaaltje. Nog een paar etappes en we staan voor de Appenijnen en gaan we weer klimmen. Misschien verlangen we dan wel weer terug naar die oneindig vlakke wegen. |
Als we op vrijdag doorrijden naar Modena, hebben we wat moeite de camping te vinden. Als we het bij een klein caféetje vragen, wordt ons niet alleen de weg gewezen, maar rijdt er ook nog iemand op een scootertje mee. Fijne lui die Italianen. |
De camping blijkt letterlijk tussen twee snelwegen in te liggen, wat de rust niet ten goede komt. Maar ondertussen zijn we al aardig wat gewend. Na het goederenvervoer in het Rijndal valt alles mee...
’s Avonds krijgen we bezoek van een gezellige Nederlands mevrouw, die van de ANWB-campinginspectie blijkt te zijn. We krijgen wat vragen voor onze kiezen over het sanitair, de ligging, de verlichting op het terrein etc. en we vertellen honderuit over onze belevenissen.
En als laatste: In de supermarkt in Modena vinden we een stukje Nederland, in een potje. Echte Hollandse “Crema di Arachidi Tostate” van een bekende leverancier uit Delft. Kan iemand raden wat dit is?
Smeuïge groeten uit Italië